Spelen en stoppen

Spelen en stoppen

Het doel van deze oefening

In het nest spelen pups veel met elkaar en met de moederhond. Tijdens dit spel leren pups te communiceren en hoe ze met elkaar en met volwassen honden om moeten gaan. Door dit in het nest te oefenen, doen ze vaardigheden op die ze in de rest van hun leven nodig hebben.

Spelen heeft dus meerdere functies:

  • Bevorderen van motorische coördinatie en ontwikkeling van gedrag.
  • Het trainen van spieren, hart en longen
  • Spelen is een sociaal gebeuren en versterkt de onderlinge band. Grote honden kunnen zich tijdens spel klein maken (op de grond gaan liggen) om zo met een kleinere of jonge hond te kunnen spelen.
  • Ze leren van het effect van hun eigen gedrag.
  • Spelen kan ook elementen van competitie bevatten, zoals het uitdagen met een speeltje (“pak hem dan”, samen eraan trekken), elkaar najagen of elkaars krachten meten.

Pups leren in het spel onder andere om elkaar niet te hard te bijten. Gaat het er te hard aan toe, dan piept de pup die gebeten wordt van pijn en daarna stopt het spel. Op die manier leren pups het bijten te doseren, dit wordt ook wel ’the inhibited bite’ (of bite inhibition) genoemd. Bijten is o.k., maar niet te hard, anders houd je geen spelmaatjes over. De éne keer wint de één, de andere keer de ander.

Als de pup bij de nieuwe eigenaar komt, wil iedereen maar al te graag met hem spelen. Daarbij wordt al snel kennis gemaakt met de vlijmscherpe tandjes van de pup. Dat valt vaak bitter tegen. Mensen moeten leren dat pups nu eenmaal alles met hun bek vastpakken en onderzoeken (net als kleine kinderen die alles in hun mond stoppen) en dat spelen vaak samengaat met o.a. in elkaar bijten.

De pup en de eigenaar moeten leren met elkaar te spelen. Door dit met elkaar te oefenen, worden er (eigen) spelregels vastgelegd en er kan zich tussen pup en eigenaar een (hechte) band ontwikkelen.

Door grenzen te stellen (mag de pup in handen, mouwen of broekspijpen bijten? En zo ja, hoe hard?) leert de eigenaar de pup hoe hij met mensen mag spelen. De pup moet bijvoorbeeld leren om handen en het speeltje dat de eigenaar vasthoudt, te respecteren.

Tijdens het spel kan de eigenaar de pup leren om iets ‘los’ te laten. Dat is niet alleen handig bij het spelen, het commando ‘los’ kan ook gebruikt worden als de hond buiten iets heeft gevonden wat niet echt vertrouwd is, zoals een zakje met brood of een dood dier.

Spelen is een van de belangrijkste oefeningen van de opvoedingscursus omdat juist in spel de verhouding tussen eigenaar en hond duidelijk wordt en omdat door met elkaar te spelen zich een band kan ontwikkelen.

Hieronder is een manier beschreven om je pup te leren los te laten op commando.

Spelen en stoppen met commando los

Spelen en stoppen

Spelen met commando los

  1. Je gaat met een speeltje samen met je hond spelen (gebruik hiervoor een speeltje dat je beiden vast kan houden) en geeft hierbij het commando SPEEL.
  2. Als je lekker in het spel zit, geef je geen commando, maar leg je rustig je handen op je benen met het speeltje in je handen. Je bost evt. het speeltje op. Zodra de hond loslaat (het is niet meer interessant voor hem, zeg je het clickerwoord en geef je een voertje.
  3. Doe dit een keer of 5, je zult merken dat de hond het speeltje steeds sneller los zal laten. Als je hond snel loslaat, dan geef je net ervoor het commando LOS, clickerwoord en voertje.